We hebben allemaal weleens van die momenten waarop je jezelf ziet zitten en niet bepaald blij bent met wat je aantreft. Dat moment had ik een paar maanden geleden op een lichtbewolkte doordeweekse dag.
Waarom sociale media verslavend werken – en hoe je ervan afkickt
Een groot deel van de tijd die we op onze mobiel doorbrengen, gaat op aan sociale media: apps waarva...
Ik probeerde mijn aandacht bij mijn werk te houden, maar in werkelijkheid scrolde ik als een soort zombie van het ene naar het andere platform.
Even naar Facebook, waar ik me zoals zo vaak verloor in het aanbod in onlinecursussen, filmpjes en roddel, en vervolgens in de fuik viel van verleidelijke advertenties voor treinreizen, kleding en koffers waarvoor ik kennelijk ooit belangstelling had getoond.
Dan door naar LinkedIn.
Even naar X, waar ik meteen stikte van verontwaardiging en een woedende tweet het platform opslingerde, die onmiddellijk door boze volgers werd beantwoord.
Ineens zag ik mezelf in de spiegel op de kersenrode muur van mijn werkkamer voorovergebogen zitten scrollen. Wat was ik eigenlijk aan het doen? Ik ben een speelbal geworden, dacht ik. Van commerciële belangen en manipulatieve algoritmes. Van mijn eigen zucht naar afleiding waar de grote techbedrijven zo handig op inspelen.
Ik dacht aan het interview met filosoof Joep Dohmen, die ik net daarvoor had bevraagd over zijn boek Iemand zijn. Hij legde uit wat het betekent om ‘echt te leven’ en waarschuwde voor alle krachten die je wegtrekken van jezelf, ‘zoals online voortdurend gebeurt’.
Dat was het moment waarop ik in één beweging alle social media van mijn telefoon bonjourde, en sommige accounts helemaal deactiveerde. Vrijheid!
Verdwijnen in een boek
Bevrijding en opluchting, dat ervaren bezoekers van de telefoonvrije bijeenkomsten die The Offline Club organiseert. Initiatiefnemers Jordy van Bennekom, Valentijn Klok en Ilya Kneppelhout organiseren op mooie locaties en in cafés digivrije bijeenkomsten: meteen bij binnenkomst lever je je telefoon in.
Het begon allemaal met hun leesweekenden in Drenthe. Drie dagen doe je niets anders dan verdwijnen in een boek, wat wandelen of een spelletje doen met medelezers. ‘Een weekend weg van je fokking drukke leven!’ staat op de site. ‘Kom tot rust, lees boeken en geniet van tijd voor jezelf.’
‘Die weekenden waren zo’n succes dat we ook kortere evenementen wilden organiseren,’ vertelt Kneppelhout. ‘In februari 2024 hielden we onze eerste offlinebijeenkomst in een Amsterdams café. Die was bijna meteen uitverkocht. Deelnemers waren aan het lezen, haken, breien, kletsen.’
Het Instagram-account @theoffline_club telde na twee maanden al 200.000 volgers, inmiddels zijn dat er ruim 529.000. Er zijn bijeenkomsten in cafés door het hele land en inmiddels organiseert de club ook evenementen in onder meer Parijs, Londen en Dubai.
‘We willen mensen de mogelijkheid geven om zonder afleiding weer meer in contact te komen met elkaar, en zichzelf. Een praatje maken, elkaar in de ogen kijken, verdiepende gesprekken: het ontstaat allemaal zo veel sneller zonder telefoon in de buurt.’
Bevrijding en opluchting zijn ook de woorden die de studenten van filosoof Hans Schnitzler gebruiken nadat ze hun telefoon een week hebben weggelegd. Schnitzler organiseert bij de Bildung Academie digitale-detoxweken om jongeren te laten kennismaken met de voordelen van de analoge wereld.
In zijn boek Digitale detox vergelijkt hij het enthousiasme van zijn pupillen over offline zijn met dat van astronauten die thuiskomen van een ruimtereis. Eindelijk weer vaste grond onder de voeten!
Telefoonverslaving: verslaafd aan je smartphone?
Softwaremakers hebben er hun levenswerk van gemaakt om ons verslaafd te maken aan de smartphone. Ze ...
‘De telefoon is steeds meer in ons leven geïntegreerd geraakt,’ schrijft Schnitzler. ‘We zijn ermee gaan betalen, kunnen ermee inchecken in het openbaar vervoer en ook de kwaliteit van de camera’s is enorm verbeterd.’ Maar het staat het echte leven nogal in de weg, vindt hij.
Dat merk ik zelf ook steeds. Natuurlijk ben ik net als ieder ander gek op dat ding. Ik begin de dag met een meditatie-app, schakel tijdens het ontbijt over op Discover Weekly van Spotify, fleur saaie huishoudelijke klussen op met politieke podcasts.
Ik bestel er mijn boodschappen mee, reserveer een restaurant en steek ’m in de lucht als ik wandel en een vogel hoor die ik niet thuis kan brengen (Birdnet!). Maar net als veel anderen ervaar ik ook irritatie, schaamte en onbehagen over dat schermgebruik.
In 2023 gaf 34 procent van de Nederlanders aan verslaafd te zijn aan hun smartphone, aldus een onderzoek van marketingbureau Motivaction. Van de jongeren tussen de 18 en 24 jaar is dat maar liefst 62 procent.
Met de stijging van wat er allemaal digitaal kan, stijgt ook de tijd die we online doorbrengen. Nederlanders spenderen zo’n 5,5 uur per dag op een scherm. Daarvan koekeloeren we alleen al bijna tweeënhalf uur per dag op onze telefoon, die jongeren in hetzelfde onderzoek zelfs omschrijven als ‘een digitale gevangenis’.
Beleven versus turen
Langzamerhand begint duidelijker te worden wat de nadelige effecten zijn van het voortdurend online zijn. ‘Neem alleen al de mentale uitputting,’ zegt Mark Tigchelaar, psycholoog en schrijver van het boek Focus aan/uit.
‘Alles wat je online voorbij ziet komen, moet worden verwerkt. Dat betekent niet alleen een gebrek aan rust voor de hersenen. Bij online prikkels produceert je lichaam het stresshormoon cortisol, waardoor je steeds een gevoel van agitatie ervaart.’
Het digitale leven knabbelt daarnaast ook aan onze capaciteit om geduld uit te oefenen. De Amerikaanse mediadeskundige Ian Bogost vertelt in een podcast van tijdschrift The Atlantic over de dalende bereidheid om rustig te wachten en om je heen te kijken.
Er ontstaat dan innerlijke frictie, legt hij uit in de aflevering How to waste time, vanwege het nerveuze verlangen om snel je ogen op iets nieuws te richten. Mark Tigchelaar: ‘Het ‘onmiddellijke’ van het online verkeer beïnvloedt ook onze aandachtspanne. Daardoor is er minder geduld voor een gesprek, een film, een roman. Er ontstaat een oppervlakkiger manier van leven.’
Dat laatste herken ik: het ergste van dat digitale leven vind ik namelijk de filter die tussen mij en de wereld komt. Toen ik tijdens een tentoonstelling in Museum Voorlinden met mijn neus op een enorm doek van Anselm Kiefer stond, merkte ik dat anderen ongeduldig stonden te wachten tot ik wegging, zodat ze een foto konden maken.
Hetzelfde viel me op toen ik in de winter in Marrakesh in een binnentuin van een paleis bij een van de fonteinen stond om de oranjebloesem te ruiken. De toeristen om me heen duwden me nog net niet omver om een Instagramwaardig kiekje te kunnen maken. Ik stond in de weg.
Echte ervaringen
Ze kijken niet, dacht ik. Ze ruiken niet de citroenen aan de bomen, ze voelen de zon op hun huid niet, ze horen het water uit de fontein niet, ze strelen niet de bobbelige tegeltjes van het mozaïek waar bezoekers eeuwenlang met hun vingertoppen langs zijn gegaan.
Een andere Amerikaanse mediaexpert, Douglas Rushkoff, zegt in de podcast The knowledge project iets essentieels over het gemis aan de echte ervaring. Hij schetst het volgende (ik parafraseer): iemand gaat naar een feest, doet daar op social media verslag van en is dus meer bezig met het vastleggen dan met de beleving ervan.
De volgers die de posts bekijken, zijn vervolgens meer bezig met andermans relaas dan met zelf iets leuks doen. Natuurlijk is het geen probleem als je een uurtje per dag elkaars ‘verslagen’ volgt, stelt Rushkoff, ‘zolang je dat soort ervaringen ook zelf blijft opzoeken.’
Dopaminedetox: doorbreek je plezierverslaving
Lekker eten, mooie spullen, grappige filmpjes: de wereld zit vol plezierige prikkels. Maar die const...
Op je scherm turen en iets echt beleven kan namelijk niet tegelijk.‘Het is een ontkenning van het hier en nu,’ zegt ook Tigchelaar. ‘Ook voor de mensen die zo’n post tegenkomen en denken: was ik daar maar bij geweest. Zo ontstaat een vorm van lijden.’
De streaks op Snapchat, de algoritmes op YouTube en de techbedrijven zijn volgens Tigchelaar steeds slimmer geworden om de aandacht van de gebruikers vast te houden. ‘Want hoe langer je op social media doorbrengt, hoe hoger de advertentie-inkomsten voor hen,’ zegt hij. Hij hoopt dat de platforms gedwongen zullen worden om over te schakelen op betaalde abonnementen. Dan hoeven ze tenminste geen schadelijke trucjes meer te gebruiken om onze ogen op het scherm te houden.
Nergens meer wat van vinden
De invloed op ons humeur, het nepnieuws: geen wonder dat er weerzin begint te ontstaan tegen de invloed van techbedrijven op ons kostbare leven. Pedagogen, psychologen en politici laten zich horen. Het Europees Parlement riep eind 2023 op tot een wettelijke regulering om social media minder verslavingsgevoelig te maken.
Ondertussen kun je natuurlijk ook zelf al aan de slag gaan: door kritischer na te denken over wat je uitspookt online. Dat begint, hoe simpel – hoe moeilijk! – met heel veel schermpauzes. ‘We moeten geen apps bedenken om ons gebruik in de gaten te houden,’ zegt Douglas Rushkoff in dezelfde podcastaflevering.
‘Het begint met een sabbat, een tijd niet online zijn.’ Dat stelt ook Tigchelaar. ‘Zorg dat je delen van een uur, dag of week niet bereikbaar bent,’ zegt hij. ‘Zet zo nodig de out of office aan. Neem je telefoon niet mee als je even weggaat.’
Dat doet hij zelf ook als hij met zijn jonge kinderen naar de zandbak of het zwembad gaat. ‘Dan ontstaat ruimte voor de kleine dingen van het leven, zoals een spontaan gesprekje.’
Het is een dramatisch beeld, maar door die radicale breuk met mijn scherm was het alsof ik achter tralies vandaan kwam. De weken erna hoefde ik bijvoorbeeld nergens meer wat van te vinden. Niet van de politiek, niet van gewapende conflicten, niet van uitspraken tijdens talkshows, niet van demonstraties.
Ik hoefde geen beslissing te nemen om de jurk die was afgeprijsd snel, snel, snel te kopen, omdat er ‘nog slechts één exemplaar in die maat beschikbaar was’. En tijdens mijn vakantie hoefde ik voor het eerst sinds tien jaar geen moment na te denken over welke foto ik wilde plaatsen.
Wat daarmee ook betekende dat ik nergens op m’n voordeligst op hoefde te staan, en evenmin genoodzaakt was een tekstje te formuleren à la ‘kijk eens wat een mooi plekje!’
Ik plaatste namelijk helemaal niks. In plaats daarvan lag ik op mijn rug te dobberen op de golven van de Egeïsche Zee. Kon ik voor me uit staren in een Griekse taverna met een glas rosé, en weer eens een boek lezen op het balkonnetje met uitzicht op de witblauwe daken van de Méditerranée.
Ook nu twee van die media weer op mijn telefoon staan, is de gewoonte weg om ze steeds te checken. Ik geef Joep Dohmen gelijk. Het leven wordt er echter van. Nu nog volhouden.