Ga naar inhoud

Waarom mensen onmenselijke dingen doen

foto van een protest tegen de uithongering in Gaza door Israel
leestijd 4 minuten
Artikel Update: 28 juli 2025. (Publicatie: 15 juli 2025)
Hoe kan het dat mensen tijdens een oorlog of genocide tot zulke gruwelijke dingen in staat zijn? Door slachtoffers niet meer als mens te zien, luidt het antwoord van psychologen.

Is een mens alleen tot gruweldaden in staat als hij de ander als niet-menselijk ziet?

Sociaal psychologen denken dat dit inderdaad noodzakelijk is. Wie de ander niet als mens ziet, hoeft hem of haar immers ook niet menselijk te behandelen. ‘Ik kan me bijvoorbeeld niet voorstellen dat je iemand met een mes kunt onthoofden als je diegene als volwaardig mens ziet,’ zegt sociaal psycholoog Jeroen Vaes hierover.

Hij is onderzoeker aan de universiteit van Padua op het gebied van ontmenselijking. De geschiedenis wemelt volgens hem van de voorbeelden van ontmenselijking die aan gruwelijkheden voorafgingen. De nazi’s bestempelden Joden als ratten en virussen, de Joden de Palestijnen als ratten en bloeddorstige beesten, de Hutu’s noemden Tutsi’s in de aanloop tot de genocide kakkerlakken. Vaes: ‘Blijkbaar hebben we het nodig de ander een flink stuk lager op de ladder te plaatsen om ook echt tot gruweldaden te kunnen overgaan.’

De kern is dus dat de ander tot een lagere diersoort wordt verklaard?

Nee, niet per se. Soms beperkt het mechanisme zich ertoe dat we mensen van buiten onze groep – de outgroup – als net iets minder menselijk zien. Bij dit proces, door de Belgische sociaal psycholoog Jacques-Philippe Leyens infrahumanisation genoemd, krijgen ‘de anderen’ minder diepe emoties toegedicht. We zien ze nog wel als wezens die pijn hebben, angstig en woedend kunnen zijn, maar tot ingewikkelder emoties als schaamte, spijt of schuldgevoel zien we ze niet meer in staat. We beschouwen ‘de anderen’ ook al snel als minder rationeel en intelligent. Dit mechanisme versterkt de groepsidentiteit en helpt in het dagelijks leven om mensen in bepaalde categorieën in te delen – iets waaraan we blijkbaar behoefte hebben in het sociale verkeer.

Maar inderdaad, er doen zich geregeld minder subtiele voorbeelden voor van ontmenselijking, waarbij iemand letterlijk als niet-menselijk wordt omschreven. Vergelijkingen met dieren zijn dan populair – mensen uit een andere etnische groep zijn apen – maar ook het terugbrengen van een mens tot een object of lichaamsdeel.

Wat is de functie van dat mechanisme?

In oorlogstijd biedt het in ieder geval voordeel voor frontsoldaten. Vaes: ‘Uit onderzoek onder soldaten die na zware conflictsituaties een posttraumatisch stresssyndroom opliepen, bleek dat het trauma niet zozeer ontstond door dreigende situaties waarin ze hadden kunnen sneuvelen, maar vooral doordat ze moeite hadden met het feit dat ze zelf een ander mens hadden gedood. Soldaten die hun tegenstander als minder menselijk zagen, hadden minder last van ptss.’

Ook personeel in gevangenissen heeft baat bij het vermogen tot ontmenselijken. Uit een onderzoek van de Amerikaanse psycholoog Michael Osofksy naar gevangenispersoneel dat de doodstraf uitvoert, bleek dat zij de gevangenen bekijken als minder intelligent, emotioneel minder gevoelig, kortom ánders dan zijzelf – en dat hen dat helpt om hun werk te doen.

En zelfs artsen en verpleegkundigen helpt het om hun werk te doen, komt naar voren uit een onderzoek van Jeroen Vaes. Hij onderzocht dokters en ander zorgpersoneel die ernstig zieke en terminale patiënten behandelden en verpleegden. Wat bleek?

‘Artsen en verpleegkundigen die het lijden van patiënten in primaire emoties beschreven – angst, pijn – liepen minder risico op een burn-out dan degenen die de patiënten als completere mensen zagen, met complexere emoties als schuldgevoelens en schaamte voor de situatie waarin ze verkeerden. Het deels ontmenselijken helpt zorgprofessionals dus om met deze groep zware patiënten te kunnen werken.

Er zijn ook aanwijzingen dat artsen die hun patiënten als minder menselijk zien, eerder noodzakelijke maar pijnlijke behandelingen voorschrijven. ‘Ik zou liever hebben dat mijn chirurg mij beschouwt als een stuk vlees waarin hij zo goed mogelijk moet snijden dan als een mens die daardoor pijn lijdt,’ zegt Vaes daarover. ‘Ik denk dat een chirurg die patiënten op de operatietafel als een object ziet, zijn werk beter kan doen.’

Functionele ontmenselijking dus. Maar het mechanisme dat artsen helpt, is dus ook het mechanisme dat anderen in staat stelt gruweldaden te verrichten.

Bronnen o.a.:

Dit artikel werd eerder in Psychologie Magazine gepubliceerd

Meer lezen over dit thema?
^