Hoe krijg ik mijn vader naar een psycholoog?
De vraag
Beste Jolet
Mijn vader heeft heftige driftbuien, vooral als hij boos is op zichzelf omdat iets niet lukt. Dit heeft hij al heel lang, maar ik vind dat het erger wordt. De boze opwellingen worden mij te veel en voor mijn moeder van 81 vind ik de situatie onhoudbaar worden (al ontkent zij dit).
Mijn vader heeft in zijn jeugd nare ervaringen gehad in Indië, die wellicht aan zijn boze buien ten grondslag liggen. Ik zou willen dat hij hierover gaat praten met een psycholoog. Nu vraagt hij mij te bewijzen dat praten over nare ervaringen helpt om zo’n ‘hinderlijke chemische reactie in de hersenen’, zoals hij het noemt, kwijt te raken. Hij is erg wetenschappelijk ingesteld en het lukt me niet hem te overtuigen van het nut van praten. Kunt u helpen?
Het advies
Antwoord van Jolet
Mensen kunnen terechtkomen in een trits van negatieve gedachten, die ze als een draaikolk meesleurt waardoor de emoties steeds hoger oplopen. Zo’n destructieve gedachtenreeks is op hersenscans te zien als extra activiteit in een bepaald gebied. Daaraan komen ook neurotransmitters te pas (toch een ‘chemische reactie’). Als zo’n neuraal circuit vaak geactiveerd wordt, raakt het overgevoelig. Hierdoor wordt de kans groter dat de draaikolk nogmaals opkomt. Bij uw vader is een (dreigende) mislukking de trigger, zo lijkt het.
Slaagt iemand erin om de gedachten aan het begin van zo’n destructieve reeks te herkennen en bij te sturen, dan kan de aanval worden gedempt. Als de aanvallen minder vaak voorkomen, dooft het neurale circuit weer uit. Dit proces vergt veel zelfinzicht en oefening. Succes is niet gegarandeerd. Er is misschien een alternatief – medicijnen. Die grijpen namelijk ook in op de neurotransmitters. Uw vader zou eens met een psychiater kunnen praten over die mogelijkheid. Aangezien hij niet zo jong meer is, adviseer ik uw vader een geriater te bezoeken. Deze psychomedicatie werkt bij oudere mensen namelijk anders dan bij jongere.
Elke maand behandelt psycholoog Jolet Plomp persoonlijke lezersvragen. Deze vraag is gepubliceerd in Psychologie Magazine, juli/augustus 2007