Flourishing of floreren als noodzaak
De term flourishing is bedacht door de Amerikaanse psycholoog Corey Keyes, hoogleraar aan de Emoryuniversiteit in Atlanta. Keyes is een van de koplopers van de positieve psychologie, een beweging die de gezondheidszorg stimuleert om de focus te verleggen van het behandelen van wat niet goed gaat, naar het versterken van wat wél goed gaat. Hij stelde begin deze eeuw al dat we het, om echt gezond te zijn, nodig hebben om te floreren. ‘We zijn nog altijd veel te veel bezig met genezen,’ zegt Keyes. ‘Maar de afwezigheid van ziekte is nog geen gezondheid.’
Machteld Huber: ‘Zingeving is de grootste levenskracht’
Ben je niet ziek, dan ben je gezond. Zo kijken we er in de westerse wereld naar. Maar gezond zijn is...
Zeven belangrijke levensthema’s
Of je floreert, kun je vaststellen met de Comprehensive Inventory of Thriving (CIT), een test die zeven levensthema’s onderzoekt: relaties, bevlogenheid, het benutten van talenten, autonomie, zingeving, optimisme en subjectief welbevinden. ‘Dat subjectieve welbevinden noemen we in de psychologie hedonisch welbevinden,’ zegt Marijke Schotanus-Dijkstra, die aan de Universiteit Twente promoveerde op floreren. ‘Loopt je leven lekker? Heb je meestal positieve gevoelens? Daarop scoort 80 procent van de Nederlanders hoog – hoger dan in veel andere landen, zoals Denemarken. Eudemonisch welbevinden gaat over: vind je wat je doet de moeite waard? Voel je je verbonden met anderen? Uit ons landelijke onderzoek met het Trimbos-instituut blijkt dat slechts 36 procent op beide vormen van welbevinden hoog scoort. Dus: slechts een derde floreert echt. Het goede nieuws? Je kunt leren meer uit het leven te halen.
Door de CIT vragenlijst in te vullen krijg je meer inzicht in de mate waarop jij floreert binnen verschillende levensthema’s. Dit kan een fijne richting geven aan de gebieden van jouw leven die momenteel meer of minder aandacht verdienen. Vaak weten we echter zelf al wel wat we nodig hebben, ook zonder een test. Hieronder volgen de zeven pijlers die we nodig hebben om tot bloei te komen.
1. Relaties
Wie dagelijks emotionele steun ontvangt, is beter beschermd tegen het ontstaan van depressies en angststoornissen. Steun vergroot onze kans om langer te leven en brengt allerlei gezondheidsvoordelen: een lagere hartslag, lagere bloeddruk, minder cholesterol, betere immuumreacties, minder stressreacties. Gezondheidswetenschapper Eric van Sonderen maakte een indeling in vijf soorten steun, die kan helpen om meer bewust te worden van de steun die je zelf ontvangt: emotionele ondersteuning, waardering, instrumentele ondersteuning, gezelschap en informatieve ondersteuning. Houd eens een week bij wat voor steun je krijgt.
2. Bevlogenheid: breng de flow terug in je leven
De wereldberoemde psycholoog Mihaly Csikszentmihalyi sprak met honderden mensen die dagelijks levensvreugde ervaren. Hij ontdekte een patroon: ze hadden allemaal een duidelijk doel voor ogen en vonden dat doel zelf belangrijk. Ze waren dus intrinsiek gemotiveerd. Ze gingen zó op in hun activiteiten, dat er geen ruimte was voor zorgelijke gedachten. Csikszentmihalyi doopte deze optimale ervaring tot flow. Sta eens stil bij een of twee momenten waarop je flow hebt ervaren en beschrijf deze ervaringen.
3. Bekwaamheid
Het ervaren van competentie, iets te kúnnen, is een van de basisbehoeften van de mens om optimaal te kunnen functioneren en groeien. Dat stellen de Amerikaanse psychologen Edward Deci en Richard Ryan in hun zelfdeterminatietheorie. Neem een vaardigheid in gedachten die je laatst nog hebt kunnen inzetten op je werk, thuis of in je sociale leven. Komt er niets in je op, dan kun je een vriend of familielid vragen: waar ben ik goed in.
Zo laat je je werknemers floreren
Hoe kun je als werkgever je werknemers laten floreren? Vijf inzichten uit de positieve psychologie.
4. Autonomie
Volgens de zelfdeterminatietheorie is autonomie een basisbehoefte: het ervaren van onafhankelijkheid en het maken van eigen keuzes. Psychologen Edward Deci en Richard Ryan ontdekten dat een mindfulle houding een belangrijke voorwaarde is om meer autonomie te ervaren. Maak een lijst van alles wat je ‘moet’ doen, maar waar je geen plezier in hebt. Vraag jezelf: waarom kies je ervoor deze activiteiten te doen, wat bereik je ermee? En zou ik ermee kunnen stoppen of ze kunnen verminderen?
5. Zingeving
Om erachter te komen wat er voor jou echt toe doet, helpt het om jezelf vragen te stellen die je naar het grotere plaatje laten kijken. Zo’n vraag kan bijvoorbeeld zijn: “wat zou je doen als je nog maar drie maanden zou leven?” of “Als je al het geld had dat je ooit nodig zult hebben, hoe zou je je tijd dan doorbrengen?”. Uitzoomen om meer te leven naar wat we echt belangrijk vinden.
6. Optimisme
Optimistische types verwachten het beste van de toekomst en werken eraan om dat te bereiken. Ze geloven dat een goede toekomst iets is wat je zelf tot stand kunt brengen. Ze hebben doorgaans weinig last van angst of depressie, hebben goede sociale relaties en zijn gezond. Schrijf een week lang elke avond voordat je gaat slapen drie dingen op die die dag echt goed gingen en schrijf daarna waaróm deze positieve gebeurtenissen plaatsvonden. Uit onderzoek blijkt dat deze oefening tot zes maanden na de opdracht bijdraagt aan het levensgeluk.
7. Subjectief welbevinden
Canadese psychotherapeut Nathaniel Branden ontwikkelde een oefening die onszelf beter helpt te begrijpen. Door beginzinnen als “Als ik opnieuw kon beginnen, dan…” of “Ik hoop dat…” in te vullen, snappen we beter wat we willen en kunnen we voor onszelf in actie komen. Belangrijk bij deze vragen is dat je antwoord spontaan komt en je er niet te veel over na denkt.