Tijdens het onderzoek kregen de proefpersonen een persoonlijk doel toegewezen, waarmee ze een giftcard konden winnen. Kwam het doel in zicht? Dan probeerden ze vooral de kansen van hun fictieve medespeler te saboteren. Bovendien deden ze minder moeite hun eigen doel te halen, zodra ze een voorsprong hadden op de ander.
Volgens de onderzoekers schieten we met name in de competitieve modus als we nét voor of nét achter liggen op iemand anders. Op dat moment vinden we onze tegenstander verslaan belangrijker dan onze eigen vooruitgang en verliezen we ons doel uit het oog. Het advies? Richt je op je eigen prestaties. Want door er een wedstrijd van te maken, saboteer je ook jezelf. (MS)
