Column Jean-Pierre van de Ven: ‘Een vleugje ontevredenheid waait over Melanies gezicht. Ze laat Jacks hand los’

Melanie steekt meteen van wal: ‘De scheiding is rond. De papieren zitten in mijn tas. We gaan zo tekenen bij mijn advocaat.’
Ze kijkt tevreden naar Jack die aan het andere einde van de bank zit te glimlachen, zijn rechterarm nonchalant gedrapeerd op de rugleuning. Melanie pakt zijn hand, knijpt erin, houdt hem vast.
‘Dat is mooi, want het was ook jullie plan om de scheiding nu zo’n beetje af te ronden, toch?’ zeg ik. Ik kan mijn ogen niet van hun innig verstrengelde handen afhouden. Jack streelt teder de beringde vingers van zijn aanstaande ex.
‘Onderweg hiernaartoe hadden we alvast een soort pre-therapiegesprek,’ zegt Melanie. ‘We hebben bedacht dat we een plan willen maken. Een hoe-gaan-we-verder-met-deze-relatie-plan.’ Ze kijkt me verwachtingsvol aan. Jack zit instemmend te knikken.
‘Een hoe-gaan-we-verder-plan…’ zeg ik. ‘Oei, ik weet niet of er een standaardplan bestaat voor jullie situatie, als je dat bedoelt.’ Een vleugje ontevredenheid waait over Melanies gezicht. Ze laat Jacks hand los.
‘Er zijn toch zeker wel meer mensen in onze situatie?’ zegt ze bits.
Melanie doet met mij hetzelfde als met Jack: ze communiceert tegelijkertijd twee volkomen tegengestelde boodschappen. Tegen Jack zegt ze: we gaan scheiden én we zijn een stelletje dat romantisch handjes vasthoudt.
Tegen mij zegt ze: je moet een oplossing verzinnen én je moet doen wat ik zeg. En tegen zichzelf zegt ze dat ze verder wil gaan met een relatie die ze beëindigt.
Dus pak ik mijn notitieblok en mijn pen. Ik kijk naar de lege bladzijde en dan naar Melanie en Jack. ‘Mooi zo, aan de slag,’ zeg ik. Melanie knikt tevreden. ‘Wat zijn de onderdelen van jullie plan? Laten we die eerst inventariseren.’
‘De communicatie,’ zegt Melanie. ‘Het is me tijdens de vorige sessies duidelijk geworden dat die nogal hapert.’
‘Hm,’ zegt Jack. ‘Ja ja.’
‘Ik schrijf op: de communicatie,’ zeg ik en ik schrijf op: de communicatie. Dan kijk ik hen weer aan.
Melanie kijkt naar Jack, die moet ook iets zeggen.
‘Hm, en onze patronen,’ zegt hij. ‘Ja! Die zijn belangrijk,’ zegt Melanie. Glimlachend pakt ze Jacks hand weer vast.
‘En het verleden,’ zegt ze. ‘Daar zitten ook pijnpunten.’
Pijnpunten, schrijf ik op. Het lijkt wel een gezelschapsspel. Zij noemen onderwerpen en ik schrijf ze op.
Maar het zijn ongevaarlijke, tandeloze onderwerpen. Alle stellen hebben patronen en haperingen in de communicatie. Iedereen heeft pijnpunten in het verleden. Het lijkt alsof we therapie aan het doen zijn, maar dat is niet zo. We draaien om de hete brij heen.
‘Dit is een mooi rijtje,’ zeg ik met een blik op mijn notitieblok, ‘maar zijn er ook nog hetere hangijzers? Onderwerpen die jullie al lang vermijden, maar die wel aandacht behoeven?’
Nu valt het aanstaande exenpaar stil.
‘Hm,’ zegt Jack, ‘jouw relatie met Dick? En met Jeroen?’
‘Jouw gezuip en al die fokking drugs?’ kaatst Melanie terug. De stilte die volgt is loodzwaar. Melanie trekt haar hand terug. Een goed plan maken is soms meer werk dan je denkt.