Wereldwijd nemen naar schatting meer dan 200.000 mensen per jaar hun eigen leven, volgens cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie. In Nederland is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak onder jongvolwassenen onder de 30 jaar. Gelukkig groeit de aandacht voor dit probleem wereldwijd. Dat stelt wetenschappers in staat om nieuwe inzichten te ontwikkelen die bijdragen aan effectievere preventie.

Verhalen van nabestaanden bieden inzichten

Volgens onderzoeker Elias Balt, promovendus bij 113 Zelfmoordpreventie en Amsterdam UMC, bieden de verhalen van nabestaanden waardevolle inzichten in de achterliggende redenen van zelfdoding. In zijn onderzoek interviewde hij ruim 250 nabestaanden met behulp van een methode die bekendstaat als psychosociale autopsie.

Waarom wil iemand dood?

Waarom wil iemand dood?

Onderzoeker Bering vraagt zich af waarom mensen – net als hijzelf, in een ver verleden, – een ei...

Lees verder

Eerder onderzoek naar suïcide richtte zich vooral op het verband met psychiatrische aandoeningen, die vaak als dé verklaring werden gezien. Maar veel mensen die overlijden door zelfdoding hebben nooit gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg gekregen. Daardoor zijn andere mogelijke oorzaken, zoals school- en werkstress, geldzorgen, juridische problemen, relatieproblemen en eenzaamheid, in de wetenschap nog relatief onderbelicht gebleven – terwijl onderzoek wel wijst op een verband met suïcide.

Het onderzoek van Balt nam dit soort factoren wél mee, met als doel een beter beeld te krijgen van de omstandigheden rondom zelfdoding in Nederland.

De stille strijd van mannen

Uit Balts onderzoek blijkt dat jonge mannen hun suïcidale gedachten later en minder duidelijk uiten dan jonge vrouwen. Hun wanhoop klinkt vaker door in grapjes of vage opmerkingen, waardoor signalen moeilijker te herkennen zijn. Het moment waarop hulp mogelijk is, blijkt daardoor kort en kwetsbaar. Opvallend is dat 22% van de jonge mannen onder de 30 overleed aan een ‘out-of-the-blue’ suïcide, tegenover slechts 2% van de jonge vrouwen – een teken dat veel jonge mannen buiten het bereik van hulpverlening blijven.

Steun en gevaar: de rol van sociale media

Uit het onderzoek bleek verder dat voor veel jongeren sociale media een plek vormen waar ze zich gezien en begrepen voelen. Vooral meisjes vonden daar steun bij anderen met vergelijkbare gevoelens – maar dat bracht ook risico’s met zich mee. In sommige online gemeenschappen ontstond een suïcidale identiteit, waarbij herstel kon voelen als het verlies van die steun. Toch houden hulpverleners in therapie nog weinig rekening met deze digitale realiteit, terwijl die voor jongeren een wezenlijk onderdeel van hun leven is.

Leeftijd maakt verschil: van schooldruk tot relatieproblemen

Tot slot liet het onderzoek zien dat suïcides onder jongvolwassenen (<30 jaar) vooral samenhingen met schooldruk en middelengebruik. Deze groep bleek extra kwetsbaar in de overgang naar volwassenheid. Jonge mannen zochten minder snel hulp, terwijl jonge vrouwen vaker kampten met meerdere psychische problemen en pesterijen. Ook bleek 26% van de overledenen in deze groep een ontwikkelingsstoornis te hebben.

Op middelbare leeftijd speelden vooral werk- en financiële problemen een rol. Bij vrouwen kwamen fysieke klachten vaker voor, bij mannen vooral relatieproblemen en verslaving. Effectieve preventie vraagt daarom meer oog voor leeftijdsspecifieke risicofactoren – met extra aandacht voor de kwetsbare overgang naar volwassenheid.

Denk je aan zelfdoding? Bel 24/7 gratis en anoniem met 0800-0113 of chat op 113.nl.