Irene Smit: ‘Mijn leven met iemand delen, hoe moet dat eigenlijk?’
Als ik tussen de verhuisdozen voor de laatste keer de zaterdagkrant lees in mijn oude huis, stuit ik op een artikel van Lena Bril in de Volkskrant over verbinding. ‘Verbind je je nog wel aan de ander als de uitweg van een scheiding er altijd is’, is de centrale vraag. Precies wat me bezighoudt deze weken, waarin ik me voorbereid om te gaan samenwonen – na zeventien jaar alleen en om de week met mijn kinderen.
Verbinding. Het is wel een dingetje in mijn leven geworden, of beter gezegd: dat was het altijd al. Ik heb ze in kaart gebracht afgelopen jaren: de gedachtenkronkels, de ingesleten weggetjes in mijn hoofd, de onbewuste patronen. De zaken die ervoor zorgden dat mijn hoofd zo vaak overuren draaide in mijn huwelijk, steeds bezig met wat tegenwoordig ‘mankeeping’ heet (de taak om het sociale en emotionele leven van je geliefde te organiseren) en iets wat ‘hermeneutisch werk’ wordt genoemd: het interpreteren van mystieke signalen van een man. Veel van wat ik deed was ingegeven door patronen die zich in mijn jeugd hebben gevormd maar die ik destijds nog niet helder had. Iets met verlatingsangst; met altijd de sterke moeten zijn van mezelf.
‘Gelukkig heb ik mijn eigen patronen inmiddels goed in kaart en snap ik de zijne ook redelijk’
Nu ik na zoveel jaar weer ga samenwonen, woedt er een flinke strijd in me. Echte verbinding aangaan, het voelt eng. Mijn leven met iemand delen, hoe moet dat eigenlijk? En wat als ik in dezelfde valkuilen stap en ik me totaal unheimisch en gestrest voel als hij gewoon een slecht humeur heeft maar ik denk dat ik het moet fixen omdat hij anders bij me weggaat?
Gelukkig heb ik mijn eigen patronen inmiddels goed in kaart en snap ik de zijne ook redelijk. En, net zo belangrijk: ik weet hoe ik ernaar kan handelen. ‘Inzicht in je emotionele blokkades is cruciaal, maar vervolgens gaat het erom dat je concrete stappen zet,’ zegt psychotherapeut Gitta Jacob in het artikel over hoe schematherapie hierbij kan helpen.
Dus ik vertelde mijn nieuwe huisgenoot op onze eerste avond in het nieuwe huis hoe ik me voel als hij een slechte dag heeft. Dat mijn hoofd dan op hol kan slaan en ik in de reddersmodus verval (het woord mankeeping heb ik maar vermeden). ‘Komt goed,’ zei hij, ‘ik leg dan wel uit dat het niet door jou komt en je er niets mee hoeft’, en gaf me een knuffel. Wauw. Zo makkelijk kan verbinding zijn.
Ook interessant: 7 irritante types en de spiegel die ze je voorhouden